Veel kleinbloemige voorjaarsbollen behoren tot de familie van de Hyacinthaceae, zoals Chionodoxa, Muscari, Puschkinia, Scilla en natuurlijk Hyacinthus en Hyacinthoides. Maar ook het geslacht Bellevalia behoort tot diezelfde familie.
De Bellevalia lijkt nog het meest op de Muscari(blauw druifje), met dit verschil dat de afzonderlijke bloempjes aan het einde helemaal geopend zijn. Bellevalia wordt daarom ook wel druifhyacint genoemd. Er zijn ongeveer vijftig species(soorten) bekend die we van nature aantreffen vanaf Frankrijk tot in Griekenland en Turkije maar ook in Iran en Pakistan. Bellevalia is in 1808 voor het eerst beschreven, en genoemd naar de Franse arts en botanicus Pierre Richer de Belleval(1564-1632), die in 1593 in opdracht van koning Henri IV van wie hij eveneens lijfarts was, een botanische tuin in Montpellier ontwierp.
De meeste Bellevalia’s hebben een bruine kleur en zijn niet volledig winterhard. Slechts enkele species zijn geschikt om bij ons in de tuin te groeien en te bloeien. Maar dat zijn dan ook meteen hele mooie soorten, zoals Bellevalia pycnantha met donkerblauwe, bijna zwarte bloemen en de cultivar Bellevalia pycnantha ‘Green Pearl’ waarvan de bloemen crèmewit zijn. Beide zijn uitstekend geschikt voor verwildering, maar komen ook heel goed tot hun recht in potten, bijvoorbeeld in combinatie met andere voorjaarsbloeiers.
De mooiste is misschien wel Bellevalia romana met gebroken witte bloempjes die verspreid langs de steel staan. De topjes van de bloempjes zijn blauw getipt en de helmknoppen zijn opvallend blauwzwart.
Jaap Duijs (www.jaapbol.nl)