Nieuwe sporthal voor korfbal en handbal wordt niet gebouwd
Uiteindelijk te hoge bouwkosten zijn de reden waarom korfbalvereniging CKV Reehorst ’45, handbalvereniging HV Reehorst en gemeente Ede in gezamenlijkheid hebben besloten dat de geplande nieuwe sporthal op sportpark Peppelensteeg niet gebouwd gaat worden. Eventuele versoberingen in het bouwplan en de beperkte mogelijkheden tot het genereren van extra inkomsten leiden niet tot een haalbare oplossing. In overleg met Sportservice Ede bekijken beide verenigingen nu hoe hun activiteiten in de gemeentelijke hallen uitgevoerd kunnen blijven worden.
Voorzitters Mark Smidt en Leo de Wit, namens beide verenigingen: “Het in eigen beheer bouwen van de sporthal heeft veel van onze inzet en energie gevraagd. Natuurlijk zijn we teleurgesteld dat het niet gaat lukken. Maar we kiezen er weloverwogen voor om niet nog meer risico’s aan te gaan voor onze verenigingen. De stijging in de bouwkosten en, mede als gevolg van Corona, beperkte mogelijkheden voor aanvullende financiering maken nu echter dat realisatie niet mogelijk blijkt. ”
Wethouder Peter de Pater (sport): “Ik heb veel waardering voor alle inzet die gepleegd is door de sportverenigingen. Het is jammer dat de conclusie is dat de sporthal er niet komt. Ik ga er vanuit dat we een oplossing vinden in onze bestaande sporthallen, want deze vitale clubs verdienen een sportieve toekomst.”
Overeenkomst
Voor de bouw van de sporthal was eerder een overeenkomst gesloten tussen de gemeente en de stichting die namens beide sportverenigingen de bouw voorbereid. In deze overeenkomst werd afgesproken dat de gemeente garant staat voor een bedrag van 500.000,--. De gemeenteraad besloot in april 2019 om een extra subsidie te verlenen. Eind 2019 is de omgevingsvergunning voor de bouw verleend en begin 2020 is gestart met het verleggen van kabels en leidingen op het bouwterrein en het verplaatsen van het fietspad.
De komende tijd onderzoeken de stichting en de verenigingen samen met de gemeente of er op de locatie van de beoogde sporthal nog een alternatieve invulling mogelijk is, om te bereiken dat de kosten die reeds gemaakt zijn voor alle voorbereidende werkzaamheden, terugverdiend kunnen worden.
