Met stevige maatregelen stikstofprobleem oplossen
EDE - Het stikstofprobleem in Nederland kan worden opgelost als het kabinet scherpe keuzes maakt, duidelijke doelen stelt en een stevig pakket aan maatregelen neemt.
De gemeenten in de regio Foodvalley hebben daarom een pakket aan oplossingen voorgesteld aan de ministeriële commissie die een uitweg zoekt uit de stikstofcrisis die nu al zes jaar duurt.
Gemeente Ede nam samen met regio Foodvalley en Foodlog in februari het initiatief voor een oplosconferentie. Initiatiefnemer wethouder Jan Pieter van der Schans: ,,We willen niet afwachten waar de ministeriële commissie onder leiding van premier Schoof mee komt, maar zelf bijdragen aan een doorbraak. Op basis van de conferentie stellen we een pakket aan samenhangende oplossingen voor, waarmee we uit de stikstofcrisis kunnen komen. Onze boodschap aan het kabinet is duidelijk: geef duidelijke doelen en neem stevige maatregelen. Daarmee geven we boeren perspectief, kunnen we woningen bouwen waar enorme behoefte aan is en kan de natuur herstellen.’’
Beter beheer
De gemeenten bepleiten allereerst een terugkeer naar de basis, de wettelijke verplichting om de natuur in Natura 2000 gebieden zoals de Veluwe in stand te houden. Het verminderen van stikstofuitstoot is daarbij belangrijk, maar is niet het einddoel: het gaat erom dat de natuur niet verslechtert. De gemeenten pleiten daarom voor een combinatie aan maatregelen: het intrekken van vergunningen die niet gebruikt worden, beter beheer in de natuurgebieden en het instellen van stikstofarme zones van bijvoorbeeld 500 meter rond stikstofgevoelige natuur.
Daling stikstofuitstoot
Een van de belangrijkste conclusies tijdens de oplosconferentie was dat er dringend beleid nodig is om een blijvende daling van de stikstofuitstoot in te zetten. Dit beleid is door het huidige kabinet gestopt. Alle sectoren moeten hier een bijdrage aan leveren, maar in de veedichte regio Foodvalley ligt de sleutel met name bij de landbouw. Van der Schans: ,,De deskundigen concludeerden dat een daling van 20 tot 30 procent van het aantal dieren in Nederland nodig is. Wij denken dat dat niet de grootste uitdaging is. Die daling is namelijk al ingezet en er wil een groot aantal boeren zonder opvolger de komende jaren stoppen. We moeten dat wel zorgvuldig begeleiden. Als we dat niet doen dan zakken sommige sectoren zoals de melkveehouderij door de kritische ondergrens. We hebben daarom gebiedsgerichte beëindigingsregelingen nodig in plaats van generieke regelingen. Dat is voor onze regio van groot belang. We kunnen dan grote stappen zetten én de kritische massa van onze landbouwsector behouden.’’
Emissieplafond per gebied
De gemeentes pleiten er daarnaast voor om een emissieplafond per gebied in te stellen. Gemeentes krijgen zo de ruimte om per gebied te sturen op welke ontwikkeling, op welke plek, onder welke voorwaarden gewenst is. Van der Schans: ,,We kunnen dan per gebied samen met boeren, andere ondernemers en grondeigenaren bepalen welke activiteiten waar een plek kunnen krijgen, maar ook duidelijkheid bieden over wat niet kan. Zo’n plafond is cruciaal: we hebben een gezamenlijk doel nodig. Dat ontbreekt nu al jaren.’’
Boer in positie
Bijkomend voordeel is dat met een duidelijke stip op de horizon ook boeren weer perspectief krijgen. Van der Schans: ,,In ons voorstel sturen we op stikstofemissie, maar verminderen de regeldruk. De boer kan zo veel meer zelf als ambachtsman bepalen hoe hij zijn doel bereikt. Tijdens de oplosconferentie zijn hier mooie voorbeelden van langs gekomen. Het gebruik van antibiotica in de sector is sterk verminderd, zonder dat hier wet- en regelgeving aan ten grondslag lag.’’
