Het aantal overnachtingen van Nederlandse vakantiegangers in Gelderland is in 2018 met 4% toegenomen. Dat geldt overigens ook voor de rest van Nederland. We gaan langer op vakantie. In Gelderland was goed voor 17 miljoen overnachtingen.
Deze cijfers zijn bijzonder omdat het aantal binnenlandse vakanties juist iets afnam, met zo’n 2,4 %. In Gelderland zijn vorig jaar 2,1 % minder vakanties geboekt. Desondanks positieve cijfers, omdat de geboekte vakanties langer duurden en daardoor meer overnachtingen opleverden.
Veluwe
De Veluwe staat op de derde plaats op de ranglijst van populaire binnenlandse vakantieregio’s. Dit blijkt uit het jaarlijkse Continu Vakantie Onderzoek. Gelderland blijft net als de afgelopen jaren de meest populaire vakantieprovincie van Nederland. In 2018 hielden Nederlanders bijna 1,9 miljoen vakanties op de Veluwe en de Veluwerand. In 2017 stond de Veluwe nog op één. De regio neemt nu de derde plaats in, na de Noordzeebadplaatsen en de Groningse, Friese en Drentse zandgronden. Door de mooie zomer van 2018 hebben de waterrijke gebieden hier mogelijk meer van geprofiteerd.
Meer uitgaven in Gelderland
Gelderland blijft dus net als andere jaren de meest populaire provincie voor Nederlandse vakantiegangers. Nederlanders hielden vorig jaar bijna 2,9 miljoen vakanties in onze provincie. Behalve de Veluwe, zijn ook de andere Gelderse regio’s goed bezocht. Bezoekers gaven daarbij 495 miljoen euro uit, zo’n kleine 5 miljoen euro meer dan een jaar eerder.Gedeputeerde Bea Schouten (Toerisme): “Ik ben trots op de grote populariteit van onze provincie als vakantiebestemming. En ik stel vast dat behalve de Veluwe, ook de Achterhoek en de regio’s Arnhem-Nijmegen en het Rivierenland gezamenlijk meer dan een miljoen bezoekers trekken.’’
Meer buitenlandse toeristen naar Gelderland
Uit cijfers van het CBS blijkt dat ook buitenlandse toeristen Gelderland steeds beter weten te vinden. Het aantal overnachtingen van buitenlandse toeristen en zakelijke bezoekers steeg in de eerste negen maanden van vorig jaar met 14,4% naar bijna 1,5 miljoen t.o.v. de overeenkomstige periode het jaar ervoor. De Nederlandse groei bedraagt in die periode bijna de helft (7,6%).
