Nu één ding is een feit, die vrouw is echt niet te genieten!

Foto: Ede.nieuws.nl

Na jaren weer elke week een weekblad in de bus

We hadden vandaag een bel afspraak met beeld. Even bijpraten.

Column door juffrouw Raadgever

Na de gewoonlijke uitwisselingen van ons wel en wee zegt ze: “Eindelijk heb ik het weer voor elkaar.” Niet direct begrijpend wat ze bedoelt hoor ik haar zeggen: “Voor sommige mensen is het heel gewoon dat er elke week, keurig in het plastic verpakt, een weekblad door de brievenbus geschoven wordt.  Uit de praktijk blijkt dat er een hele grote groep verstoken is van dergelijke post. Niet altijd is dat een vrijwillige keuze, want zeker weten, dat heel veel vrouwen maar ook mannen het graag zouden willen; Elke week een klapperende brievenbus met als resultaat weer een blad vol met verhalen, thema’s en ideeën voorzien van prachtig gekleurde foto’s. Of er wordt voor gekozen om zo nu en dan een weekblad bij de buurtsuper of bladenkiosk te kopen maar veelal lezen zij de afdankertjes van een ander. Vaak te vinden in de wachtkamer van bijvoorbeeld een arts.  Nu, in corona tijd, zeker van harte welkom. Daar zit je dan alleen, want er mogen niet meer dan twee personen tegelijk plaatsnemen in de wachtkamer. Nu; niemand om even mee te praten en helaas alle inkijkbladen van over de data zijn ook nog uit de wachtkamers verbannen. Geen enkele roddel van weet ik veel welke BN’er kan nog worden gedeeld. Eigenlijk best wel jammer. Meestal een welkome aanleiding voor een gesprekje. Sociale communicatie naar aanleiding van een artikel, in de positieve of negatieve zin, is er ook niet meer bij. Vind je ook niet?” Als ik bevestigend antwoord gaat ze verder. “De wachtkamers zijn kaal en leeg. De helft van de stoelen is weg en de rekken voor mogelijke folders, leeg. Op de vloer spreken de rode plakstrippen boekdelen. Hoe drastisch wil je het hebben. Ja ik weet het. Alle mogelijke aanleidingen tot besmetting moeten worden uitgebannen. Zeker in deze tweede golf van besmettingen. Het enige middel om mee te helpen om het aantal zieke mensen te beperken en zo het verplegend personeel een beetje te sparen. Om de wachttijd te doden zul je dus nu zelf iets mee moeten nemen.

Nog niet lang geleden moest ik zelf een bezoek bij de dokter brengen. Een kleinigheidje maar het moest. Al eerder had ik ervaren dat er van een gevulde wachtkamer ook bij mijn arts geen sprake meer was. Ik bereidde me voor op een stille wachttijd. Alleen. Tot mijn vreugde zag ik bij binnenkomst een mevrouw zitten. Gelukkig, aanspraak dacht ik. Ik nam tegen over haar plaats. Ze zat heel uitgebreid haar nagels te bekijken. Als er, vlak na mij, een meneer binnen wil komen kijkt ze op en zegt: ”Stop! U kunt toch wel lezen. Hier mogen maar twee personen zitten. Als u kunt tellen ziet u dat we vol zitten.” De meneer draait op zijn hielen rond en vertrekt zonder ook maar één woord te zeggen. Heel eerlijk? Dat had ze volgens mij ook wel wat aardiger kunnen zeggen. Ik kijk om me heen en als er anders altijd wel iets is wat mijn aandacht trekt, deze keer alleen maar kale muren. En dan hoor ik haar stem:” Kaal hier hé! Hier word ik toch wel zo chagrijnig van. Ook helemaal niets te lezen. Die folder daar heb ik al zeven keer gelezen. Ik ken hem inmiddels uit mijn hoofd. Ook de lijst met data voor het wrattenspreek uur.” Nou dat ze chagrijnig is, dat had ik al gemerkt. Ineens krijg ik een baldadige ingeving en vraag: ”Zullen we het dan maar eens hebben over die licht groene kleur die op de muren zit en de geel met witte kozijnen?” Tot mijn verbazing antwoord ze:” Die kleur slaat nergens op. Ze is trouwens niet licht groen maar bijna wit. Wit is de kleur van het niet willen bekennen van ‘kleur’, Dus wit.” Dan is het weer stil. Toch probeer ik het nog een keer: ” Heeft u al gezien dat er een schilderij hangt. Je kunt er een heel verhaal omheen verzinnen.” Ze snauwt nog net niet als ze zegt: “U bedoelt dat zwart witte geval daar. Al net zo kleurloos.” Ze haalt haar schouders op en ik hoor haar binnensmonds mopperen: ”Geef mij maar de leestafel en zo’n heerlijk roddelblad dan kunnen we het weer eens over de misstanden van onze bekende Nederlanders hebben. Maar die is er niet.”  En dan doet ze er verder het zwijgen toe. Nu één ding is een feit, zij is echt niet te genieten. Zo jammer. Dit was mijn enige ‘uitje’ sinds een week en ik had me er heel stiekem op verheugd even met iemand te kunnen kletsen. Helaas. En ook ik hou mijn mond maar verder. Sommige mensen?!  Help.

Dus ik neem een besluit en als ik thuiskom regel ik direct dat ik zelf weer een weekblad door de brievenbus krijg. Nu een twee weken later, daar ligt hij dan, op de tuintafel.  Wie had dat kunnen denken. Al lang wilde ik weer een abonnement.  Het was er niet van gekomen. Maar nu corona de afgelopen maanden een dikke stempel drukt op de normale gang van het leven heb ik meer tijd om te lezen. Neem nou de ervaring in de wachtkamer. Vanaf nu zal mijn eigen blad standaard in de tas meegaan. Er is nog een reden dat ik nu door gezet heb. Vorig jaar heb ik de AOW-leeftijd bereikt en nu komt het wel heel dichtbij dat ook de zestienmaanden wachttijd erop zit. O, nee, het woord vervelen staat niet in mijn woordenboek. Er zijn nog genoeg uitdagingen om te doen. Maar Covid-19 legt nogal wat beperkingen op. Het weekblad zal me helpen om verder dan de voordeur te kijken. Een cadeautje voor mezelf. En, nee! Ik krijg geen provisie en ik ben er ook niet sentimenteel over. Maar een feit is het, ik ben blij weer een eigen weekblad in handen te hebben. Elke week een nieuwe. Het leuke is nu kan ik ook nog iemand anders blij maken met een blad dat ik gelezen heb. Wil je meelezen.” Even laat ik haar verhaal op me inwerken. Lief aangeboden maar ik heb zelf een weekblad. Deel hem maar met een ander raad ik haar aan.

Met vriendelijke groet juffrouw Raadgever

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen